frans

kan der iemand helpen aan copietjes van de blaadjes met woordenschat op aub?

1. L’ imparfait, le futur simple et le passé composé.

- imparfait : 1e persoon meervoud zonder « -ons » + uitgangen
-ais -ais -ait
-ions -iez -aient
!! verbes en –cer deviennent ç ; Verbes en –ger deviennent ge !!

- futur simple : infinitief + uitgangen
-ai -as -a
-ons -ez -ont

- passé composé : Tegenwoordige tijd van een werkwoord + participe passé.
!! werkwoorden met être worden aangepast aan het onderwerp !!

2. Een persoon beschrijven

Il / elle a les cheveux blond blonds.
kastanjebruin châtains.
bruin bruns / marron.
zwart noirs.
Il est chauve. grijs gris.
Hij is kaal. ros roux.
lang longs.
kort court.
gekruld bouclés.
kroeshaar frisés.
glas lisses.
Il / elle a le nez gekromd retroussé.

heeft er soms iemand een samenvatting van da boekske, kheb da ni gelezen en kben da ook ni van plan

ok khad die andere topic ni gezien